Je zit op de middelbare school en je denkt, later wil ik iets doen met recht. Of misschien zit je al op de universiteit en denk je: advocaat, officier van justitie… of wacht, notaris? Wat doet een notaris eigenlijk precies? En vooral: hoe word je dat?
We nemen je mee in het verhaal van Julia.
Julia is 17 en goed in talen en geschiedenis. Ze houdt van orde, duidelijkheid én mensen helpen. Tijdens een voorlichtingsdag hoort ze over het beroep notaris. Niet stoffig, zoals ze dacht, maar juist veelzijdig en maatschappelijk relevant. Trouwen, erven, huizen kopen, bedrijven oprichten, overal zit een notaris bij.
Ze kiest voor een bachelor Rechtsgeleerdheid, met de intentie om door te gaan in het notarieel recht. Sommige universiteiten bieden direct een bachelor Notarieel Recht aan, maar meestal begin je met een bredere juridische basis.
Na haar bachelor kiest Julia voor de master Notarieel Recht. Daar duikt ze dieper in het familierecht, ondernemingsrecht en vastgoedrecht. Ze leert over testamenten, huwelijkse voorwaarden en ingewikkelde eigendomsconstructies. Best pittig, maar ook fascinerend.
Diploma op zak, tijd om aan de slag te gaan. Julia wordt kandidaat-notaris bij een notariskantoor in Deventer. Geen koffies halen of dossiers kopiëren: vanaf dag één zit ze bij cliënten aan tafel. Ze werkt onder begeleiding van een notaris, maar doet al veel zelfstandig.
Ondertussen volgt ze de Beroepsopleiding Notariaat, waarin ze leert hoe je als jurist ook een goed gesprek voert, want juridisch klopt alles, maar de mensen moeten het ook snappen. Na het afronden van de beroepsopleiding krijgt Julia de bevoegdheid om als waarnemend kandidaat-notaris aan de slag te gaan. Dat betekent dat ze, onder voorwaarden, akten mag ondertekenen en steeds meer taken van een notaris op zich neemt. Pas na enkele jaren werkervaring in deze rol kan ze officieel benoemd worden tot notaris. Het is een belangrijke tussenfase waarin ze haar kennis in de praktijk brengt en verder groeit in het vak.
Na een paar jaar komt het moment: wil Julia zelf notaris worden? Dat betekent leidinggeven, benoemd worden door de koning en verantwoordelijk zijn voor een kantoor. Of kiest ze voor het pad van toegevoegd notaris: inhoudelijk werk, zonder managementtaken.
Beide opties zijn volwaardig. Het is maar net wat bij je past.
Ook als notaris blijf je leren. Wetgeving verandert, maatschappelijke vragen worden complexer. Je volgt cursussen, leest vakliteratuur en overlegt met collega’s. Het blijft uitdagend, en precies dat vindt ze mooi aan haar werk.
Als je van duidelijkheid houdt, graag met mensen werkt en niet bang bent voor juridische puzzels, dan is dit vak misschien wel iets voor jou.
Loop eens mee bij een notariskantoor. Of bel er gewoon eens een op, echt, ze bijten niet.